In dit weblog mijn persoonlijke belevenissen als vrijwilliger in Uganda (2010) dat werd vervolgd in de stichting Matendo in Nederland. Verslagen en overdenkingen bij mijn jaarlijks bezoek aan Uganda.

maandag 27 december 2010
Safe journey
Mijn verblijf heeft me veel gebracht. Het was een fantastisch avontuur. Ik kan tevreden zijn over de dingen die ik hier heb kunnen doen. En heb veel vrienden erbij gekregen.
Er zijn een aantal dingen die ik niet ga missen:
Het vervoer in de matatu.
Echt om helemaal zat van te worden. De rammelende Toyatabusjes worden volgestampt met zwetende, niet altijd fris ruikende mensen en kippen. Er kan er altijd nog wel eentje bij. Officially licensed for 14 persons staat er op de deur. Het maximum dat ik telde was 22, babies en kippen niet meegeteld.
Bagage kun je nauwelijks meenemen. Zo reisde ik naar Kibaale met een rugzak, die ik 6 uur lang op mijn schoot heb moeten houden. Toen ik het laatste stuk van de reis even iets meer ruimte kreeg, dumpte iemand bij het instappen een kind op mijn schoot. Vervolgens gingen de ouders gezellig achterin zitten. Schattig hoor, die bruine oogjes die je aanstaren. Maar warm en zwaar die laatste twee uur.
En dan dat wachten voordat de matatu werkelijk vertrekt van zijn standplaats. Je kunt een uur zitten wachten omdat er nog 1 persoon bij kan. Terwijl die misschien wel 500 meter verderop opgepikt kan worden. Gek word je ervan.
Maar als we dan eenmaal rijden: Yes we are all winners! (zie foto).
Er zijn veel dingen (en mensen) die ik vreselijk zal missen, zoals:
De boda boda jongens.
Ik ben er echt verzot op. Ze staan overal voor je klaar. En niet 1, maar wel 5 tegelijk. Als ik de heuvel afloop vanaf het guesthouse, zwaaien ze me al van ver tegemoet: zal ik je ophalen...? Je hoeft nog geen 100 meter te lopen in dit land.
En ze stoppen tijdens de rit ook geduldig als je nog ergens een boodschapje moet doen. Of als je even een paar gefrituurde casaven wil kopen aan de kant van de weg, omdat je geen tijd of vergeten bent om te lunchen. En dan o zo gelukkig als je je snacks deelt met hen. Voor een paar dubbeltjes brengen ze je overal heen. Bij nacht en ontij.
Een lofzang op de boda boda vind je op YouTube.
(op de foto: mijn allerlaatste ritje op de boda)
Het verse fruit
Nergens beter vers fruit als in de tropen. Verse ananas (een grote al voor 0,35 cent), papaya, avocado. Het volrijpe sap loopt rijkelijk langs je lippen.
De mensen
En dan de mensen.... ik ga ze missen. Ik word morgen naar het vliegveld Entebbe gebracht en geescorteerd door een aantal Ugandeze vrienden. De laatste dagen krijg ik veel smsjes en telefoon van mensen die me gedag zeggen. We gonna miss you....en God bless you en Safe journey....
En dat klinkt dan net weer een beetje anders als Goeie reis.....
zaterdag 25 december 2010
Trouwpartijen
Afscheid Nkokonjeru
woensdag 22 december 2010
Struggle for life
Bij een volgende familie hetzelfde verhaal. Bij deze familie woont nog een grootvader in, hij is 77. De moeder en hoofd van de hele familie die er woont, kijkt optimistisch de wereld in. Ze probeert alle dubbeltjes bij elkaar te rapen om kinderen enige vorm van onderwijs te bieden. Ze is er van overtuigd dat onderwijs even belangrijk is als voedsel. Charles is verrukt van haar tuin. Ze heeft een grote verscheidenheid aan fruitbomen. De bomen zijn al erg oud en dat getuigd van het bewustzijn om bomen niet zonder meer te kappen voor brandhout. Iets waar ook de broodnodige voorlichting voor is gepland binnen Matendo. Omdat er zonder beleid veel bomen worden gekapt, gaat de watervoorziening snel achteruit.
maandag 20 december 2010
Matendo
Het project behelst een meerjarenplan. De eerste stap is de organisatie van HIV/AIDS voorlichting. Verder is er een centrum in aanbouw waar een zogenaamd Vocational Training Centrum wordt gevestigd voor met name weeskinderen en dropouts. Zie verder in een van mijn vorige blogs.
De ontwikkeling van het project vond plaats onder de naam Christian Vision Uganda. De donaties komen tot nog toe voornamelijk vanuit de Engelse Kerk. Om het project een ruimer gezicht te geven dan alleen vanuit de christelijke invalshoek (en fondsen!) zijn we overeengekomen om verder te ontwikkelen onder een eigen naam. Er is gekozen voor Matendo. Dit is een Afrikaans woord, niet in een Engels woord te vertalen. Maar het betekend zoiets van: iets prachtigs dat vanuit het niets is ontstaan.
Om deze nieuwe naam heen, moet ook een nieuw jasje komen, zoals een website. Op dit moment ben ik druk bezig om content te verzamelen, die ik kan inzetten voor de website. Zo ben ik de afgelopen dagen voor de tweede keer naar het district Kibaale gereisd.
De start van samenwerking tussen Charles en Jackson |
donderdag 16 december 2010
Wildlife Murchison Falls
vrijdag 10 december 2010
De opening van de kippenboerderij
Links de dorpsbewoners, rechts de eregasten |
Sander en Linda voor hun kippenboerderij |
donderdag 9 december 2010
De bron van energie en kennis op Besaniya
Sander en Linda:
Als stel gekomen (en zodanig ook weer vertrokken afgelopen weekend). Sander is in Nederland werkzaam in een laboratorium en bood in Mukono zijn kennis en kunde aan in een laboratorium. Het bleek moeilijk om daar zijn draai te vinden. Evenals Linda, net afgestudeerd in Economie, kon haar draai niet gemakkelijk vinden. Uiteindelijk haakten ze allebei aan bij een project in een afgelegen dorpje en zetten daar een heuse kippenboerderij op. Die is afgelopen week feestelijk geopend en ik zal daar nog een blog over schrijven.
Lex:
vond na zijn studie Werktuigbouwkunde in Nederland een baan als strategisch adviseur. Lex zou worden ingezet om de yoghurtfabriek van SYPO uit te breiden. De bedoeling is om meer yoghurt af te zetten. Hij heeft een bedrijfsplan uitgeschreven en hopelijk zal dit niet alleen voor de yoghurtfabriek, maar ook voor andere soortgelijke projecten als leidraad kunnen dienen.
Marieke:
heeft haar bachelor voor de rechtenstudie net gehaald en wil vooraf aan haar master aan de lijve ondervinden wat ontwikkelingswerk inhoudt. Marieke droomt vanaf haar 15e al van werken in Afrika en kiest waarschijnlijk als specialisatie Internationaal recht. Ze is in Uganda betrokken geraakt, via de universiteit in Kampala, bij onderzoek in mediation, arbitrage en kinderarbeid.
Lenke:
heeft een administratieve baan in de chemische sector in Belgie en geeft in Uganda computeronderwijs op verschillende locaties, voornamelijk aan leerkrachten. Op dit moment verblijft ze twee weken op de Jjaja Bangaschool , onder Masaka, verstoken van electriciteit. Een computer draait op zonne-energie. Ze geeft er les aan vier leerkrachten. Lenke heeft ook donaties van haar achterban gekregen en we maakten gezamenlijk een plan om het te besteden aan het ProvidenceProject.
Tyas:
net afgestudeerd criminoloog en nog bezig met een rechtenstudie. Had ingetekend op een Ugandees project dat taakstraffen ontwikkeld om jongeren buiten het strafrechtsysteem te houden. Helaas bleek dat project ter ziele toe hij hier arriveerde. Hij vond een baan bij een Law Development Association in Kampala en doet mee in allerlei (veld)onderzoek en rapportages.
Yvonne:
Is verpleegkundige en zo duidelijk als dat beroep lijkt om iets te doen in een ontwikkelingsland, bleek dat toch niet zo gemakkelijk. Ze werd geintroduceerd in een ziekenhuis, maar het was zeer moeilijk om iets extras te bieden, naast de zaken die volgens het ziekenhuissysteem al draaien. Ze heeft klinische lessen over specifieke onderwerpen ingevoerd en bijeenkomsten over hygiene en verzorging uitgewerkt. Daarnaast is ze na verloop van tijd haar ziekenhuiswerk gaan combineren met verzorging van gehandicapten in Providence Home in Nkokonjeru.
Freek:
Electricien en projectmanager bij Shell in Nederland. Wilde zijn vakantie eens op een andere manier besteden. Is hier een maand geweest en heeft zich uitstekend vermaakt (en wij met hem!) in een buurtcentrum dat in opbouw is, ergens in een veraf gelegen community. Verven, houtzagen, kippen slachten: hij deed overal aan mee.
Jelle:
Een jonge Belg die voor studiepunten van zijn studie Economie werkt aan een bedrijfsplan voor een kippenboerderij. Hij neemt het stokje over van Sander en Linda. Daarnaast geeft hij rekenles aan een aantal vrouwen die samenkomen in een buurtcentrum, ergens in een community.
Leonard:
Student bedrijfskunde aan de Rotterdamse universiteit. Vermaakt zich hier met het geven van sportlessen op scholen. En ontwikkelt een bedrijfsplan voor het project Microfinance van Sypo. Is intussen helemaal in de ban geraakt om een (schone) waterput aan te leggen in een afgelegen dorp; met behulp van donaties van vrienden en familie hoopt hij dat binnenkort te verwezelijken.
Kelvin:
Besteed zijn tijd half aan vakantievieren bij zijn oom in Entebbe en heeft zich als vrijwilliger de opdracht gesteld om een basketbalveld aan te leggen in een buurtcentrum.
Zoals je leest, is het een bonte verzameling aan kennis en activiteit. Omdat er op dit moment weinig samenhang is in het vrijwilligerswerk, hebben Lenke, Lex en ik de handen ineen geslagen om een (online) database op te zetten waarin al onze ervaringen, contactpersonen, lesmateriaal en werkplannen worden samengebracht. Dit kan voor nieuwe vrijwilligers een bron zijn om op voort te borduren. Om niet weer opnieuw het wiel te moeten uitvinden.
zondag 5 december 2010
Sinterklaasfeest in Entebbe
donderdag 2 december 2010
De meiden van Goretti
De school gaat dus dicht en het is nog niet bekend wanneer de deur weer open gaat.
Gaande de weken dat ik betrokken was bij deze school, begreep ik dat er een streng regiem heerst. Met harde hard wordt geregeerd en geprobeerd gehoorzaamheid en discipline af te dwingen. Zelfs lijfstraffen worden niet geweerd. In het schoolreglement staat met vette letters onder het eerste punt: Discipline is onze eerste prioriteit.
Hoewel de meiden uit kansarme gezinnen komen, of wees zijn, moet er toch voor het verblijf op deze school een aardige som geld betaald worden. Het eten dat de meiden krijgen is zeer sober en eenzijdig: zowel voor lunch als voor het avondeten krijgen ze de zogenaamde poche (een stijve, witte brij gemaakt van maismeel) en witte bonen in een waterig sausje.
Intussen heb ik mijn programma op deze school afgesloten. Op mijn laatste dag werd een meisje van school gestuurd. De reden was dat het meisje gevraagd had of ze in de slaapzaal mocht omdat ze zich zo ziek voelde.Ze kreeg geen toestemming van de matron, maar bleef het herhalen dat ze echt naar bed moest. Vervolgens bracht de matron haar naar de Sister. Ook daar bleef ze volhouden. Dit gedrag getuigd volgens de Sister niet van nederigheid en discipline en ze kon dus haar spullen pakken om te vertrekken.
Het was een intriest gebeuren: het meisje is wees en voordat ze op deze meisjesschool kwam, verbleef ze in een weeshuis. Haar spulletjes, een ijzeren kist en een emmer en een wasteil, werden uit haar slaapzaal gesleept en op het gras gezet. Haar hartsvriendin die in hetzelfde weeshuis was opgegroeid, liep huilend met haar mee. Niemand wist waar ze naar toe zou gaan. Er kwam nog wel een maatschappelijk werkster bij en we hoopten maar dat zij misschien een plekje wist om dat meisje te huisvesten. Leerkracht Robert heeft zijn ontslag ingediend. Hij kan en wil niet meer aan dit Sister-regiem meewerken.
Door de Geoffrey, de computerleraar werd ik vrolijk weggezwaaid en als afscheid kreeg ik een ketting cadeau.
Het mailtje dat ik nadien van hem ontving:
i apliciate for you did for the girls and they love you so much and they have said they will be praying for you all the time.
woensdag 1 december 2010
Graduation day in the Providence
Om de afronding van hun tweejarig verblijf te benadrukken, werd er dit jaar een officiele Graduation georganiseerd. Alle bewoners die ‘afgestudeerd’ waren, kregen een zwarte, officiele (handgemaakte) g
Mijn vier studenten waren ook van de partij. Alhoewel de familie ook van harte was uitgenodigd, bleek alleen de zus van Doreen er te zijn. Dat maakt het geheel extra troosteloos. Voor mij althans, want de studenten leken zeer gelukkig met de aandacht die er voor ze was. Simon bleef volhouden dat zijn broer echt nog zou komen en wilde op allerlei plaatsen graag met mij op de foto.
Na afloop van de plechtigheden en vele liedjes, werd er nog een kersttoneelstuk opgevoerd met Jozef (Alex) en Maria in de hoofdrol.
Ik begreep dat omdat er geen mogelijkheden zijn om Alex, Simon en Doreen ergens te plaatsen. Zij blijven voorlopig in Providence Home. Simon P zal vertrekken, alleen weet niemand wanneer. Geen van zijn familieleden heeft iets van zich laten horen en hij weet zelf ook absoluut niet waar zijn thuis zal zijn, voor, tijdens en na de feestdagen.
Computers voor gehandicapten in Providence Home
Mijn idee om computeronderwijs structureel aan te bieden naast de andere beroepsopleidingen zoals naaien, kappen en schoenmaken, werd goed ontvangen. Ze liep al geruime tijd met het idee in haar hoofd, maar had hiervoor enige stimulans nodig. Ze is ook van mening dat het schoenmakersvak, waarvoor ze sommige gehandicapten opleidt, enigszins uit de tijd is: er worden zoveel tweedehands-schoenen aangeboden, die goedkoper zijn dan schoenen te repareren of nieuwe te laten maken. Om de gehandicapten op te leiden voor een administratieve baan waarin computeronderwijs een essentieel onderdeel is, had al langere tijd de aandacht van Sister Juliette.

vrijdag 26 november 2010
Brood en bananen

Later tikte ze aan de deur van het huis. Hoestend en steunend nam ze plaats aan de ontbijttafel. De Rev. schoof haar een broodje en bananen toe en ging op zoek naar medicijnen (Amoxyl, een breedspectrumantibioticum) waar de Rev. blijkbaar een voorraadje van in huis heeft.
Haar veel te wijde jurk die over haar broodmagere lichaam hing, schoof langzaam van haar schouders. Ze merkte haar ontblote bovenlichaam zelf niet op. Had alle aandacht bij het eten dat haar toegeschoven was.

In een rafelige, vieze doek, die bij ons niet eens als poetsdoek zou dienen, snoot ze haar neus. Ik gaf haar mijn pakje papieren zakdoekjes die er in deze omgeving opmerkelijk vrolijk en stralend wit uitzag.
En zo zat ik daar, met een moeder van 8 kinderen, haar man is vorig jaar overleden. Ze is daarom genoodzaakt om zelf de kost te verdienen met haar koeien. En als ik haar ziektegeschiedenis hoor, zal haar leven ook niet lang meer kunnen duren. Het woord AIDS wordt angstvallig vermeden.
donderdag 25 november 2010
Kibaale
Het project van CVU
Het einddoel van mijn reis vorige week was Kikangahara, in het Kibaale District, ongeveer 200 kilometer van Kampala.
Het gebied worstelt met de gevolgen van HIV/AIDS en kent het hoogste aantal weeskinderen. Er is grote armoede, werkloosheid, laag opleidingsniveau, en een groeiend aantal kinderen die de leiding over een gezin moeten nemen.
De Stichting Christian Vision Uganda (CVU) is in dit gebied bezig een zogenaamd Vocational Skills Training Centre op te zetten. Projectleider Jackson Kasozi is in het Kibaale District opgegroeid en er wonen nog veel familieleden van hem. Als oudste zoon, heeft hij land en het huis van zijn ouders in Kikangahare geerfd. Hij heeft zelf 10 jaar in de UK gewoond en kwam in 2008 terug om iets voor zijn land te betekenen. Hij woont nu in Kampala, de hoofdstad.
De locatie die gekozen is voor het project, is buiten het dorp, in een vallei, tussen een lagere en middelbare school. Er staat daar ook een kerk. Dit maakt dat het een ontmoetingspunt is voor jong en oud en bewust gekozen om saamhorigheid en de zelfredzaamheid te versterken.
Veel kinderen zijn niet in staat om de educatieve programma’s op school af te maken (dropouts). Ze moeten hun familie helpen om het voedsel te verbouwen, of om voor de kleinere kinderen te zorgen.
In het Trainingscentre zullen weeskinderen en dropouts dagopvang en een gerichte opleiding worden aangeboden, zoals bijvoorbeeld in de landbouw. Hen wordt geleerd om hun eigen voedsel te verbouwen zoals bonen, maïs, groenten, cassave en fruit. Verder is er gelegenheid om een vak te leren zoals automonteur, elektricien, metselaar, IT, naaien. De eindproducten zullen op de markt worden gebracht.
Het Vocational Centre, dat nog volop in aanbouw is, zal ook een plek bieden aan groepen en organisaties die een ruimte nodig hebben voor vergaderingen en seminars. Naast fondsen, zal het centrum zichzelf ook deels moeten bedruipen. Centrale en lokale autoriteiten, de lokale gemeenschap en vrijwillige organisaties spelen allemaal een rol in het creëren van een samenleving waaraan iedereen kan bijdragen en kan profiteren.
Intussen heeft de lokale gemeenschap al meer dan 2.000 dennenbomen geplant om het milieu te beschermen en wordt er een preventieprogramma geboden ter bewustwording van HIV/AIDS. De lokale overheid heeft leidingwater en elektriciteit aangelegd.
Mijn reis naar Kibaale
De reis ging over stoffige wegen, met de bekende gaten en kuilen en nodige wegopbrekingen. Er zijn weinig auto's die nog over enige vorm van vering bezitten en zoals inmiddels gewend, kon ik vele uren genieten van de zogenaamde African massage.
In totaal zou het ongeveer 5 uur rijden zijn, maar door alle boodschapjes en familiebezoekjes waren we een leuke dag onderweg. Zo kwamen we halverwege de reis terecht in een familiefeest. Jackson wilde alleen iets afgeven bij zijn zus, maar we werden met veel kabaal het hoofdpodium opgeleid en konden niet zomaar weer vertrekken. Het feest was ter ere van nichtje Rose, die haar afstuderen vierde met familie en het hele dorp. Ik kan me nu goed voorstellen hoe de koningin zich moet voelen: je doet niets, maar iedereen juicht en klapt en prijst je de hemel in. En dat alleen maar omdat je mzungu bent. Rev.Jackson werd geacht te speechen en ook ik moest me uitgebreid introduceren voor de menigte. Het is gebruikelijk in dit soort gelegenheden om jezelf te presenteren en het is dan helemaal fijn als je je familie erbij haalt, want dat is een groot goed (alhoewel het hebben van twee zoons hier wel een beetje zuinig overkomt).
Het met elkaar eten is een belangrijke vorm van communicatie en we kwamen daar dan ook echt niet onderuit. Het is ongelooflijk hoeveel eten er is klaargemaakt op een dergelijk feest, zeker in een arme streek als deze.
Het vertrek van het feest staat nog op mijn netvlies geschreven. De familie huist in een zeer klein hutje waar veel weeskinderen, veelal familie, onderdak krijgen. Maar er waren twee jongeren, ik schat ongeveer 16 jaar, die de familie echt niet meer kon huisvesten. Ze werden ons letterlijk aangeboden: neem ze mee, wij kunnen het niet meer aan. Ze moeten naar school, maar wij hebben geen geld. Met een hoopvolle blik keken de jongeren ons aan. Jackson kon niets meer dan hun namen opschrijven en beloven een tehuis voor hen te zoeken.
En zo ging het de volgende dagen door.... Wat een armoe, wat een kinderen. Het is teveel. Hopeloos? Uitzichtloos?
In het dorp waar het ouderlijk huis van Jackson is, werden we meteen onthaald door een familielid. Of Robert, onze chauffeur en zoon van Jackson, even met een 11-jarige nichtje naar een Healthcentre kon rijden. Ze was flink ziek, had een dokter en medicijnen nodig en de familie uit de grote stad Kampala kon dat vast wel regelen. Ook achter het huis wonen twee weeskinderen, die familie zijn. Het meisje heeft zelf ook al een kind. Hun ouders zijn vrij recent overleden aan AIDS.
In de volgende dagen werd ik door Jackson rondgeleid in en rondom het dorp en er werden vele handen geschud. En ’s avonds kwamen er geregeld familieleden langs om hun ellende aan de Rev. te vertellen. En om de mzungu te zien. Volgens de Rev. geeft alleen al je aanwezigheid en je aandacht hen hoop. Maar hoop op wat? Eten is er voldoende, je gaat niet dood van de honger.
Het nieuwe project, het Vocational Training Centre, zal hen hopelijk iets bieden: eigenwaarde, zelfstandigheid, HIV/AIDSpreventie en familyplanning!
woensdag 24 november 2010
Sprinkhanentijd
Maar in Kibale kreeg ik een nieuwe kans. In een dorp waar ik vele bezoekjes bij familieleden van mijn gastheer aflegde, was men de zojuist gevangen sprinkhanen aan het 'pellen'. Dat wil zeggen dat van de levende beesten de vleugels en de poten worden afgetrokken.
En daarna, nog stuiptrekkend, in de hete bakpan. We kregen een zakje mee en 's avonds gaf ik me er ook aan over...Lekker?? Nou, nee, niet echt voor mij. Maar nu ben ik dan toch echt geland in Afrika!
Power off
Wat minder positief verloopt, is dat we vanaf maandagmorgen in het guesthouse zonder stroom zitten. Echt ellendig als je na een verblijf van ongeveer twee maanden in Uganda, afhankelijk (oftewel verwend!) bent geworden in een woonomgeving met elektriciteit in internetverbinding. Mijn laptop is een onmisbaar gereedschap en ik kom op veel plaatsen waar geen stroom is. Het is dus zaak om opgeladen op pad te gaan. Ergens een kop koffie drinken en intussen je zaak opladen wordt meestal niet toegestaan en bovendien moet je er dan uren naast gaan zitten. Bovendien heb ik te kampen met een pijnlijke linkerhand (nee, geen RSI!). Het lijkt alsof er een zenuw klem zit want het doet me veel pijn. Als het niet snel over is, zal ik een (westerse) dokter bezoeken in Kampala. Ik kan maar 1 hand gebruiken en typen is daarom lastig. Ik heb nog veel achterstallig blogonderhoud, zoals de reis naar Kibale. Maar op dit moment lukt het even niet om de verhalen op te schrijven. Als ik voldoende stroom heb, zal ik wat foto’s uploaden. Ik hoop tot snel dus!
woensdag 17 november 2010
Het internetcafe
Ze verblijven intern (in indrukwekkende, nauwe slaapzalen). In die twee jaar wordt hen een vak naar keuze aangeleerd, zoals kapster, horeca, onderwijs, naaien en administratief werk.
Voor de meiden van de richting administratief werk heb ik o.a. lessen gevuld over internet, e-mail en social networks (met name Facebook is zeer populair hier). De meiden zijn volgend jaar juni klaar met de opleiding en gaan dan weer naar hun familie, in de hoop snel een baan te vinden.
Als afsluiting van deze lessen wilde ik de meiden meenemen naar een internetcafe in Mukono. Het doel van het bezoek was: hen over de drempel te helpen van een internetcafe, een account op e-mail aanmaken, die ze voor komende sollicitaties kunnen gebruiken en hen op Facebook helpen. Het hebben van een Facebook-account geldt, zeker voor dit soort jongeren, als een statussymbool. Het is even belangrijk als het hebben van een mobiele telefoon.
Ik neem iedere keer mijn modem en laptop mee, maar omdat de school in een dal ligt, komt er nauwelijks tot geen internetverbinding tot stand. Om het internet in de praktijk te laten zien, was ook het internetcafe een goede mogelijkheid. Mijn idee om daarheen te gaan, werd met enthousiasme ontvangen door zowel de meiden als de leerkracht, maar ook De Sister moest toestemming geven. Omdat ik de kosten op me nam, kon ze niet weigeren.
We vertrokken al vroeg in de morgen, in de stromende regen. Op slippers of open schoen, zonder jas en alleen een schooluniform aan, liepen we over een glibberige, modderweg naar de hoofdweg waar we een matatu (taxibusje) zouden oppakken. De meiden komen gedurende de twee jaar dat ze op de school verblijven, niet van het terrein af (alleen lopend naar een kerk in de buurt). De opwinding van dit uitstapje was dan ook groot.
Geoffrey, de computerleraar, bleef in opperbeste stemming, alhoewel zijn witte overhemd doorweekt was en zijn zwarte, glimmende puntschoenen onder de modder zaten. Matatu’s rijden af en aan over hoofdwegen, en zijn altijd overvol. Maar er kan altijd nog iemand bij....en als het moet zelfs wel een club van negen, zoals de onze. Ik zal nog eens een heel blog wijden aan hoe het er in een matatu aan toegaat...... We hoefden het voor deze rit slechts 15 minuten vol te houden.
Er zijn heel veel internetcafeetjes te vinden in Mukono, maar Geoffrey koos het cafe waar een van zijn vroegere studenten een baan had gevonden. Toen we er aankwamen, bleek helaas the power off..... Zodoende moesten we weer in de regen, op zoek naar een volgende cafe, dat over een generator beschikte. Die vonden we gelukkig snel en het bleek een moderne, pas geopend internetcafe te zijn.
We huurden vier pc’s af voor een uur.
Met een goede (theoretische) voorbereiding, inclusief gebruikersnamen, passwords en foto’s om te uploaden, bleek een uur niet voldoende om iedereen met profielfoto op Facebook te krijgen en zelf haar eerste e-mail te laten verzenden. Nog weer tijd bij gekocht en uiteindelijk kwam het bij de meeste rond. Eigenlijk heel on-Afrikaans: tijd is geld.
De komende dagen ben ik weer op pad: ik ben via een leraar uitgenodigd om een project te bezoeken waar onder andere weeskinderen worden opgevangen. Het is een lange reis en ik ben dan ook een aantal dagen onderweg. Nieuws hierover in een volgend blog over een paar dagen!
Alcoholproblematiek
Ik begreep van een aantal Ugandezen dat alcohol met name op het platteland een groot probleem is. Er wordt eigengestookte rommel geconsumeerd, met een zeer hoog alcoholpercentage. Een typisch verschijnsel in ontwikkelingslanden.
Wim van Dalen, een oude bekende van mij en directeur van STAP, was een aantal dagen in Kampala. We hadden telefonisch contact, want even naar Kampala op en neer om een terrasje pakken, zat er helaas niet in. Wim kwam voor een conferentie van de zogenaamde Kettil Bruun Society. Dit is een international gezelschap van alcoholonderzoekers. Het is de eerste keer dat hun jaarlijkse congres in Afrika plaatsvindt. De aanleiding is de toenemende problematiek hier.
STAP heeft eind vorig jaar, in opdracht van de WHO, een onderzoek naar de marketing inspanningen van de alcoholindustrie in vier Afrikaanse landen uitgevoerd (in Ghana, Gambia, Nigeria en Uganda). Dat onderzoek is samen met nationale NGO's uitgevoerd. De resultaten heeft Wim op het congres gepresenteerd. De essentie is dat de grote alcoholproducenten, waaronder ook Heineken) op een zeer doortastende en zeer omvangrijke wijze reclame bedrijven onder o.a. het motto: Drink responsibly, Live responsibly. Ook in landen waar een groot deel van de arme bevolking tot dusver helemaal niet drinkt, probeert de industrie hen aan de alcohol te krijgen. STAP heeft het onderzoek op een wetenschappelijke wijze uitgevoerd om een zo groot mogelijke betrouwbaarheid te kunnen garanderen. De persoonlijke conclusie van Wim is dat het schokkend is om de wijze te zien waarop de industrie hier te werk gaat. De alcoholindustrie heeft een aantal landen zover gekregen dat ze zelf het alcoholbeleid van de overheid hebben geschreven, met natuurlijk voor hen als belangrijke bepaling dat de reclameregels door de industrie worden bepaald.
maandag 15 november 2010
Een eigen lesmap
Het clubje gehandicapten aan wie ik les geef, is inmiddels uitgebreid tot vier personen. Alex is vanaf zijn geboorte verlamd aan beide benen. Door jarenlange oefening en doorzettingsvermogen kan hij zich nu redelijk voortbewegen met twee (houten) krukken. Als dagbesteding leert hij het schoenmakersvak, evenals Simon. Opvangtehuizen zijn doorgaans op deze manier opgezet: men verblijft ongeveer twee jaar in de instelling en is bereid om een vak te leren. Na een bepaalde periode legt men een examen af en hiervoor ontvangen de bewoners een certificaat. Met een nieuwe skill hoopt men de kans op een baan te vergroten. Sommigen verblijven echter veel langer in de instelling omdat de kans op een baan nihil is, zoals voor Simon die geen benen heeft.
Alex heeft onlangs zijn examen gedaan en is aangestoken door het enthousiasme van zijn collega-schoenmaker Simon, om computerlessen te volgen.
Alex blijkt een zeer snelle en slimme computerleerling. Dat is prettig want zodoende hoef ik niet weer alle eerste beginselen uit te leggen en loopt hij meteen mee in het programma van de anderen.
Het is wel zaak geduld te hebben voor het oefenen met het muizen en het klikken op de juiste iconen. Maar ik zie zeker vorderingen. Zo zien ze de computer niet meer alleen als een magisch oog, waar je slim (en blank!) voor moet zijn. Ze beseffen dat het gereedschap is waar mee kunt werken. In het programma Word kunnen ze al een brief maken met o.a. opsommingstekens, vet en cursief etc.
Verder snappen ze het systeem van het openen van verschillende windows, zoals programma’s, documenten, foto’s. Maar voor het verkrijgen van enige vaardigheid moeten ze nog veel oefenen.
Helaas is er overdag geen elektriciteit en kan ik nog steeds de enige computer (die ergens in een lokaaltje staat) niet testen op wat en of die het doet. Het ding ziet er zeer stoffig en vergeeld uit en het toetsenbord durf ik eigenlijk niet eens aan te raken van de viezigheid.
Zoals ik al eerder schreef, ben ik met collega-vrijwilliger Lenke een plannetje aan het smeden om het computeronderwijs bij de gehandicapten structureler op te zetten. En er voor zorgen dat er de juiste voorzieningen komen. Ik hoop hiervoor een dezer dagen de hoofdSister te kunnen spreken. Alex zal een rol kunnen spelen in het overdragen van computerkennis.
Ze waren heel erg blij met de lesmappen die mijn VNNcollega’s zo mooi in elkaar hebben gezet. Je zult maar zomaar een eigen lesboek krijgen....! Ik zag later dat twee handarbeidleraren er driftig in stonden te bladeren op de gang.
zondag 14 november 2010
Trip naar Masaka en Lake Mburo
Er is weer van alles te vertellen en ik heb veel foto’s gemaakt. Ik zal het de komende dagen per onderwerp beschrijven.
Bij Grassrootz, een van de initiatieven van ICUganda (de organisatie die mij bemiddelt in het vrijwilligerswerk) heb ik de wildlifetrip geboekt. Samen met zes andere Nederlandse vrijwilligers, die hier in de banda’s van het guesthouse Besaniya verblijven, en Marleen, gingen we op pad in een busje met een Ugandese chauffeur.
Aan kilometers rijden is het niet erg ver, maar omdat de wegen zeer slecht zijn en er om een stad als Kampala zeer hardnekkige files zijn, duurt de reis lang.
Jjaja Bbanga school
Op de eerste dag van de trip bezoeken we een school, 50 km. zuidelijk van Masaka. De school is dit jaar geopend en opgericht door Sarah, de Ugandese vrouw van Sander die het guesthouse ICU in Kampala runt.
We werden hartelijk ontvangen op de school door zowel de leraren als leerlingen.
De overnachting was gepland in het huis van de opa van Sarah. Ze heeft hier zelf vroeger vaak gelogeerd en heeft het nu omgebouwd tot een guesthouse. Er is geen elektriciteit, gas of stromend water. Er is wel een mogelijkheid gecreëerd om een douche te nemen: een zak water, met slang en sproeikop, opgewarmd door de zon. Je hangt dit aan een balkje en je hebt een leuke verfrissing in de openlucht, onder de bananenbomen.
Op houtvuur werd er een traditionele Ugandese maaltijd voor ons gekookt. Bij het licht van de maan,verhalen van vroeger, verteld door de plaatselijke onderwijzer en door Sarah, hadden we een heerlijke avond buiten.
Lake Mburo
Lake Mburo is een Nationaal Park, ongeveer 220 km zuidwest van de hoofdstad Kampala. Het park is niet groot, 370 km maar biedt een grote variëteit aan wildlife. Het is het enige park in Uganda waar impala’s, elandantilopes en zebra’s leven.
Tijdens een boottocht op het meer troffen we vele nijlpaarden en o.a. de Afrikaanse visarend. Indrukwekkend was het. Toch een geheel andere beleving als in een dierentuin.
We overnachtten in grote tenten, midden in een park. De tenten stonden op houten vlonders met heuse bedden en klamboes. Eenmaal in bed verraadden alleen de geluiden dat we in de wildernis zaten.